Dat klinkt wel lekker hoogdravend, bakermat van de Champagne, maar op een bepaalde manier is het waar. Ook al was er een Engelsman Christopher Merret die al in 1662 sprak over een tweede vergisting in de fles na het toevoegen van suiker aan de stille wijn, Dom Pérignon wordt gezien als de grondlegger van de Champagne.
In 1668 word Dom Pierre Pérignon de administrateur en keldermeester bij het klooster van Hautvillers en nadat ze flessen hebben gemaakt die voldoende sterk zijn om de tweede vergisting te weerstaan, gaat hij aan de slag met het maken van Champagne. Hautvillers is dus zeker een bezoekje waard. Je kunt hier de abdij bezoeken en ook het graf van Dom Pérignon die in Eglise Saint Sidulphe ligt. Verder zijn er heel wat leuke Champagenhuizen te bezoeken (onze favoriet Jean Philippe Bosser).
Combineer dit met een leuke wandeltocht door het dorp, waar je langs 140 huisbordjes loopt. Ok, deze zal ik nader toelichten. Voor de huisnummers hadden mensen smeedijzeren borden aan het huis hangen, waarop je dan het beroep kon zien, champagne maken, een kuiper, iemand die graag naar Parijs gaat, etc. Ze waren eerst wat in vergetelheid geraakt, maar door actieve mensen binnen de gemeente hangen er nu weer 140. En er is een leuke route gemaakt, waarmee je langs de borden gaat. En je kunt heel goed beginnen bij Jean Philippe Bosser, want daar hangt ook een bord, het meest gefotografeerde bord zelfs.
Het fijne aan Hautvillers is ook dat het wat toeristischer is. We hebben al een paar keer meegemaakt dat in Aÿ ongeveer alles dicht is en in Hautvillers niet. Heb je honger wanneer je in Hautvillers bent, ga dan zeker langs bij Au 36.